Bunnik, dorp aan de Kromme Rijn.

Het agrarische dorp Bunnik groeide in de 20ste eeuw uit tot een forensendorp onder de rook van Utrecht. Het oude centrum ligt bij de Bunnikerbrug over de Kromme Rijn en bestaat uit een kleine brink waaraan de 13de-eeuwse dorpskerk met witgepleisterd schip, het oude raadhuis en een oude smederij (nu café) staan.

De ´Oude Dorpskerk’ aan het Kerkpad werd in de 13de eeuw gebouwd en is daarmee een van de eerste bakstenen kerken van ons land. De toren is het oudste deel van de kerk. Vermoedelijk is de kerk oorspronkelijk kleiner geweest en later, in 1566, uitgebreid met een nieuw koor. Achter de kerk staan de Witte Huisjes, ooit de woning van de koster. Niet ver van de kerk bevindt zich het voormalige raadhuis uit 1897 met daartegenover het dorpscafé Het Wapen van Bunnik met groot terras.

Kromme Rijn

Het riviertje de Kromme Rijn, eens de hoofdloop van de Rijn, stroomt nu vriendelijk langs Bunnik. Na de afdamming van de Kromme Rijn in 1122 bij Wijk bij Duurstede verloor de rivier aan betekenis. De scheepvaart koos een andere route en het haventje van Bunnik bleef verweesd achter. Vanaf de brug liggen in de Kromme Rijn over een afstand van ruim één kilometer enkele lange riviereilanden. Hier bevindt zich een prachtig stukje natuur waar het goed wandelen is. Het ‘haventje’, meer een aanlegsteiger, van het landgoed Niënhof is de thuisbasis van de Pont van het Landschap, de excursieboot van het Utrechts Landschap. In de zomermaanden maakt de pont tochten over de Kromme Rijn. De excursies beginnen in Excursiecentrum Niënhof (www.utrechtslandschap.nl). Al eerder heb je het Camminghahuis gepasseerd, het eerste van een reeks imposante landhuizen langs de Kromme Rijn.

Langs het Jaagpad

Het oude jaagpad, het pad dat werd gebruikt om de schepen voort te trekken, volgt de loop van de Kromme Rijn richting landgoed Amelisweerd. Fort Rhijnauwen bestaat uit een bomvrije kazerne en batterijen die omgeven worden door een aarden wal en gracht. Het was (en is nog steeds) hermetisch afgesloten van de buitenwereld waardoor het terrein zich heeft ontwikkeld tot een uniek natuurgebied. Het 18de-eeuwse landhuis Rhijnauwen biedt onderdak aan een Stayokay hostel. Via de poort loop je door naar het Theehuis Rhijnauwen, een bekend en geliefd pannenkoekenrestaurant.

De volgende stop is Oud-Amelisweerd. De geschiedenis van het landhuis gaat terug tot de 13de eeuw maar het werd in 1770 voor het laatst verbouwd. Na jarenlange leegstand opende in 2014 Museum Oud Amelisweerd (www.moa.nl). Het MOA toont drie collecties: de werken van de kunstenaar Armando, het Rijksmonument Oud Amelisweerd (het huis zelf) en unieke Chinese en andere historische behangsels. Theeschenkerij De Veldkeuken, gehuisvest in het koetshuis, is een populaire ontmoetingsplek voor wandelaars en fietsers.

Waterliniemuseum

Via de Voorlaan en de Achterdijk, over de spoorlijn en onder de A12, loop je naar Fort Vechten. Hier bevond zich in de Romeinse tijd het castellum (fort) Fectio. Een grenssteen en een houten wachttoren aan de Marsdijk herinneren aan de grens van het Romeinse rijk: de Limes. Tussen 1867 en 1870 werd het fort gebouwd als onderdeel van de Nieuwe Hollandse Waterlinie. Een uitgelezen plek voor een museum dat het verhaal vertelt van de verdediging van Nederland met behulp van water: het Waterliniemuseum (www.waterliniemuseum.nl). De toegang tot het Fort bij Vechten is al spectaculair: je loopt over een lange houten brug en door een smalle doorsnijding van de wal. Zoals een hedendaags museum betaamt staat de beleving centraal. Persoonlijke verhalen, originele elementen, modellen en digitale media brengen de waterlinie tot leven. De grote blikvanger is de 50 meter lange maquette van de Waterlinie, waar je de linie zelf onder water kunnen zetten of leegpompen.

Het fortterrein is deels heringericht en in oude luister hersteld. Op het geaccidenteerde staan een kazerne, opslagplaatsen, geschutskoepels, bomvrije kelders en loodsen. In een aantal van deze gebouwen zijn (tijdelijke) tentoonstellingen te zien, zoals Lummelen langs de Linie tijdens de Eerste Wereldoorlog en over de Romeinse geschiedenis van fort Fectio.

Bartho Hendriksen